Koert van Mensvoort is kunstenaar, filosoof, wetenschapper en directeur van Next Nature Network. Zijn Next Nature filosofie draait om het idee dat onze technologische omgeving zo complex, alomtegenwoordig, intiem en autonoom wordt dat we deze als een natuur op zich zelf gaan ervaren. “Vaak worden technologie en natuur recht tegenover elkaar gezet: als dag en nacht. Volgens mij moeten we ze niet als tegengestelden zien. Want: veel nieuwe technologieën voelen eerst onwennig, maar gaan we uiteindelijk als ‘natuurlijk’ ervaren.”
Koert verbaast zich er regelmatig over: als hij mensen vraagt om technologieën te benoemen, worden vooral de computer en mobiele telefoon gemeld. “Dingen die zijn uitgevonden nadat je geboren bent. Terwijl ook zoiets ogenschijnlijk eenvoudigs als een raam of een stoel ooit is uitgevonden. Van heel veel technologie om ons heen zijn we ons niet bewust. We kunnen constateren dat we technologieën die heel succesvol zijn, niet meer als zodanig herkennen. Die worden als het ware onzichtbaar en voelen natuurlijk. Neem het alfabet, een eeuwenoude informatietechnologie, of landbouw: dat waren indertijd ware technische revoluties. Maar niemand die deze ontwikkelingen nog als technologie of onnatuurlijk bestempelt.”
Mens als katalysator
Dat nieuwe technieken, zoals gene-editing, soms onwennige of zelfs beangstigende gedachten zijn, begrijpt Koert wel. Hij tekent daarbij aan: “We zijn als mens een katalysator in de evolutie. We grijpen daarop in, maar hebben zeker niet de volledige controle over dat proces.” Hij ziet aan de ene kant de traditionele denkwijze dat de mens de natuur alleen maar bederft en buiten die natuur staat. Als dat de aanname is, voelt een ontwikkeling als gene-editing als een gevaar. “Je kunt er ook anders naar kijken en de mens zien als die bijzondere soort die dankzij verbeeldingsen innovatiekracht een dominante positie heeft verworven. Dan past zo’n innovatie veel beter. We zitten als mensheid volgens mij in onze tienerjaren. We hebben een enorme impact, maar voelen nog niet goed aan wat we daarmee kunnen en wat we ermee aan moeten.”
Innovatief nostalgisch
Het geluid dat we terug moeten naar de natuur, is steeds vaker en steeds luider te horen. Koert verwoordt dat anders en spreekt liever over ‘vooruit naar de natuur’. “Het is heel goed om te kijken naar de oorsprong en naar tradities en om daarvan te leren. Maar teruggaan is mij te conservatief. Mijn opa was boer en ik zou niet graag terug willen naar zijn lange dagen en het zware werk. Ik voel meer voor wat ik noem ‘innovatief nostalgisch’: terugkijken, leren en transformeren.” Koert beschrijft dat we voor dat proces ecologische intelligentie nodig hebben. We moeten de ecologie snappen om betere beslissingen te kunnen nemen. “Want we hebben bijvoorbeeld wel gezien dat het toepassen van monoculturen uiteindelijk geen toekomst heeft.”
Te complex
Van ecologische intelligentie is het bruggetje naar kunstmatige intelligentie snel gelegd. Hoe kijkt de filosoof daar tegenaan? “Dankzij de industriële revolutie werd het mogelijk om spierkracht uit te besteden aan een machine. Door AI kunnen we een deel van onze denkkracht aan een apparaat overlaten. Critici vinden dat we wel te allen tijde moeten kunnen begrijpen hoe bijvoorbeeld die Apple iPhone dan werkt. Mijn wedervraag is dan: weten we ook hoe een appel groeit? Ik denk dat we ons erbij neer moeten leggen dat de wereld te complex geworden is om alles te kunnen begrijpen.”
Voedsel als medicijn
Wanneer Koert naar de tuinbouw kijkt, ziet hij een interessante ontwikkeling. Na de oorlog was ‘nooit meer honger’ het belangrijkste adagium in de Nederlandse land- en tuinbouw. Voldoende en betaalbaar voedsel: daar draaide het om en daarvoor werd technologie ontwikkeld. “We zitten nu in een fase waarin we ook hele andere voorwaarden stellen, zoals duurzaamheid, kwaliteit en smaak. De technologie spitst zich nu veel meer toe op die ontwikkeling.” Hij ziet ook groeiende aandacht voor de rol van voedsel en gezondheid. In dat licht vindt hij het bijzonder dat voedselproductie en gezondheidszorg (nog) twee volledig gescheiden werelden zijn. “Voedsel als medicijn is een veelbelov ende ontwikkeling. Personalisatie kan daarbij bijzondere kansen bieden. Misschien gaan we op termijn wel heel specifiek en gericht kweken voor bepaalde groepen met gezondheidsproblemen. Nieuwe technologieën gaan ons daar absoluut bij helpen.”
Leukere wereld
Voor de acceptatie van die nieuwe technologieën is het volgens Koert belangrijk dat het om humane technologie gaat. Dat omschrijft hij als technologie die uitgaat van de menselijke behoefte, de zintuigen verrijkt in plaats van afstompt, de mens in zijn kracht zet in plaats van outsourcet en aansluit bij de menselijke beleving. “Als we alle nieuwe technieken langs die meetlat leggen, weet ik zeker dat er een leukere wereld op ons afkomt. Dan roept het woord technologie geen angst of negatief beeld op, maar schetst het juist volop nieuwe kansen en mogelijkheden.”